Meditatie

(Johannes 3:1-21)

Steeds zijn hier vragen over. Het kwam in een preek aan de orde over Nicodemus. Tijdens een Bijbelkring over deze geschiedenis deelden de leden van de kring hun gedachten hierover. Ook bij de Alphacursus kwam het uitgebreid ter sprake. 

Nicodemus krijgt te horen: Jij moet opnieuw geboren worden. Blijkbaar moest deze wetgeleerde toch nog iets leren. Niet dat hij er naar vroeg, maar Jezus kende hem en toen Nicodemus Jezus waardeerde als een Rabbi van boven, drong de Meester in zijn leven door en gaf hem een dringend advies. Wat jij nodig hebt is ‘wedergeboorte’. Dan komen bij ons de vragen. Ben ik dat? Wanneer weet je dat? Kun je helemaal wedergeboren zijn? Als je een kind van God bent, ben je dan ook wedergeboren? Is er na wedergeboorte geen verandering meer nodig? En als je twijfelt, ben je dan wel wedergeboren? Misschien staat jo(uw) vraag er nog niet bij maar past hij hier wel. 

Het is belangrijk om goed duidelijk te hebben wat we bedoelen. Soms werken begrippen verwarrend en is de uitleg ook niet helder. Geloof, bekering, dagelijkse bekering, wedergeboorte en steeds weer opnieuw geboren worden hebben allemaal te maken met de heiligmaking, het leven met God in oprecht geloof dat gevolgen heeft voor het leven met mensen om je heen. 

Geloof heeft een begin en dat is gewekt door de Heilige Geest. Sommigen noemen dat de wedergeboorte, de levendmaking. Vergelijkbaar met het tot leven komen van een pasgeboren baby. 

Calvijn noemde niet alleen het begin van het geloof, maar ook de hele weg daarna ‘wedergeboorte’, het voortdurende vernieuwende werk van de Heilige Geest. Niet één punt dus, maar een lange lijn. 

Bekering kan heel plotseling gaan. Denk aan Paulus die op weg naar Damascus ineens radicaal verandert. Terwijl Timotheüs van kindsbeen af geleidelijk in de dingen van het geloof is onderwezen en niet een dergelijk moment beleefd heeft. Beiden, Paulus en Timotheüs, moeten zich elke dag weer opnieuw van allerlei zonden bekeren, omdat zij steeds weer terugvallen in oude patronen van zonde en schuld. We spreken dus van een eerste bekering en daarna van dagelijkse bekering. 

Wie geloof heeft, is in principe wedergeboren. Dat geloof kan nog heel zwak zijn, maar wie de stem van God in zijn of haar leven is gaan horen en volgen, is geroepen tot een ander leven en gaat voorzichtig achter Jezus aan. Geloof kan echter sterker worden naarmate iemand meer meemaakt, leest of bidt. Petrus was eerst heel schichtig en direct in zijn geloof. Later wordt hij meer bezonnen. 

Het kenmerk van de wedergeboorte is, dat dit het werk is van de Heilige Geest in je hart en je leven. Als deze Geest van Christus eenmaal grip op je leven heeft, raak je die ook niet meer kwijt, maar dat wil je ook niet. 

Die Heilige Geest is beloofd bij de doop (water) en wordt vergeleken bij de wind (Pinksteren). Je weet niet precies waar de wind vandaan komt en waar deze heengaat, maar je merkt wel degelijk dat de wind kracht heeft. Zo weet je dat ook als de Geest werkt. 

Nicodemus krijgt een eerste les (Johannes 3), maar vanaf dat moment neemt Jezus hem op Zijn leerschool en naarmate de tijd vordert, neemt het geloof van deze wetgeleerde alleen maar toe. Hij komt op Goede Vrijdag openlijk voor zijn geloof uit, het lijkt wel een openbare geloofsbelijdenis. Hij geeft rekenschap van de hoop die in hem is. 

Wie wederom geboren is, is een kind van God. Dat begin is er. Dat leven is er dan. Het zal ook groeien, bloeien en vruchten dragen. Geloof werkt ook iets uit, let maar op Nicodemus. Het kan niet meer verborgen blijven. Het gaat niet om een zwak of groot geloof, opvallend of opzienbarend, maar het gaat om een oprecht geloof. Dat heeft een begin en het gaat door. Dat werkt bekering en geeft elke dag weer de noodzaak van bekering. Wedergeboorte is een langdurig proces. God begint daaraan en Hij zet het voort en maakt het af. Hij wil er om gevraagd worden, maar allen die er om bidden zullen het ook zeker ontvangen.

Jij moet en kunt wederom geboren worden. 

Ds. F. van Roest