– Genesis 28 – Thema: ‘Van vlucht tot toevlucht!’
Elke dag nemen overal ter wereld mensen de moeilijkste beslissing in hun leven: ze besluiten hun huis te verlaten vanwege natuurrampen, honger of oorlog.
Wereldwijd zijn meer dan 120 miljoen mensen op de vlucht, van hen hebben ruim 31 miljoen hun land verlaten. Uit Syrië en Afghanistan komen de meeste vluchtelingen, allebei ongeveer 6,4 miljoen. Ruim de helft van de vluchtelingen is jonger dan 18 jaar.
Vluchtelingen zijn kwetsbaar. Tijdens hun vlucht vallen mensen vaak in handen van mensensmokkelaars en criminele bendes die hen slecht behandelen, uitbuiten of misbruiken. Er komen ook veel vluchtelingen om het leven, bijvoorbeeld wanneer het bootje waarmee ze Europa proberen te bereiken omslaat, waardoor ze verdrinken.
In Genesis 28 zien we ook een vluchteling: Jakob. Hij is weggevlucht van zijn ouderlijk huis nadat hij zijn vader Izak en zijn broer Ezau heeft bedrogen…
Als hij na een dag reizen buiten de stad Luz overnacht, onder een open hemel, krijgt hij een droom. En in die droom ziet hij een hoge trap. Die trap rust op de aarde en loopt tot aan de hemel. En talloze engelen klimmen omhoog en omlaag. Ze brengen eerst de nood en zorg van Jakob naar God. En dan komen ze weer terug om Gods beloften bij Jakob te brengen.
Zo zoekt God contact met de vluchteling Jakob. Hij zoekt contact met mensen die op de vlucht zijn. Om wat voor reden dan ook…In de tekenen van brood en wijn wil Hij ook ons ontmoeten.
Vragen om je alvast voor te bereiden:
- Herken je het dat je ook op de vlucht kunt zijn, niet letterlijk misschien maar figuurlijk? Voor jezelf, voor anderen, voor God?
- Waarom zou God Jakob niet hebben vermaand over zijn bedrog naar zijn vader en broer?
- Jakob richt na de ontmoeting met God een gedenkteken op (vers 18). Waarom zou hij dat doen? Hebben wij ook van die hulpmiddelen om niet te vergeten wat de Heere heeft gedaan? Welke rol kan het Avondmaal hierin spelen?
